Een dag als deze

In dit land van ontmoetende rivieren, op de vlakte van het alluvium
tussen velden met graan, eerst gezaaid
stond een vrouw, hand boven haar ogen
kijkend naar de karavaan die voorbij trok.
Ossen trekken karren vol gerst, hoog gestapeld
en hun houten wielen waren nieuw.
Ze zag dat een schilfer ontbrak aan haar nog gave pot
en ging door met vullen.

Toen het duister de horizon tintte ging ze naar de ommuurde stad
klom op het dak van het huis van allen
schonk vers gebrouwen bier, nam een slok
en luisterde naar verhalen van verre oorlog en verdrag.

Toen ze haar soep dronk, zong een zittende man een vertrouwd lied
van een heer der steden dolend, vragend aan wijzen en goden
dat het lot van zijn vriend hem niet mocht treffen.
Ze nam brood, doopte het in de soep en bracht het naar haar lippen.
Kauwend luisterde ze naar de vrouw aan haar zijde
die zei dat schrijvers de stem van deze zanger in klei gevangen hadden.

De zonsondergang voorbij; nu kwamen de fakkels en olielampen
en het speelbord. Ze speelde de kans voor een tijdje
tot de sterren haar vertelden dat de slaap riep.

Onderweg naar huis stond ze stil voor een tel in het duister, hoofd achterover, en staarde.

De slaap was daar en aan deze dag kwam een einde, en ook aan vele anderen
want de herhalende patronen van dit nieuwe leven waren al gevormd

Stof bedekte toen de steden, drukte deze weg in vergetelheid
totdat, eindelijk, de eersten, hun woorden in klei geschreven
en de botten van hun steden
werden herontdekt door hen die in deze latere dagen leven
en een dag als deze de herinnering weer binnenkomt

This is a translation of the English version to Dutch. The poem and the translation were written in early 2025.